Majoor Ank werkt als humanistisch raadsvrouw (geestelijk verzorger) bij defensie. Ze noemt het ‘een mooie en uitdagende baan’. Momenteel is ze voor een periode van ruim vier maanden in Uruzgan. ‘Regelmatig onregelmatig’ zal ze voor de Wereldomroep over haar ervaringen schrijven. Het is haar tweede uitzending naar Uruzgan: in 2007 was ze er ook. Toen was het heel wat onrustiger in de provincie dan nu.
“De kracht van de geestelijke verzorging is dat je een paar passen mee mag lopen met het leven en werken van een ander mens”, zegt majoor Ank. “In dat contact ontmoeten mensen elkaar en delen zij iets. Soms een levensverhaal, soms een tijdelijke opwelling of frustratie, soms alleen maar een moment van samenzijn. Vanuit een gezamenlijke ontmoeting op eigen kracht verder gaan. Ik put zelf kracht en inspiratie uit de humanistische levensbeschouwing en ga het gesprek aan met iedereen die op mijn pad komt.”
Harakat! Voorwaarts!
(Voorwaarts is voorwaarts, in welke taal dan ook)
door majoor Ank
Ik ben terug van ‘buiten de poort’. Ik ga jullie niet vermoeien met waar, locaties doen er ook niet zo toe. Wat bij mij vooral is blijven hangen van deze zes dagen is: het gedeelde, de verbondenheid en het herkenbare. En het internationale! Ik was op een ‘FOB’ (Forward Operating Base, een vooruitgeschoven post) in gezelschap van Afghanen, Australiërs en Nederlanders.
Verbondenheid
Even praktisch: de Australiërs zitten daar om een Afghaanse compagnie op te leiden en te trainen. De Nederlanders ondersteunen hen met specialismes waar mogelijk. Het was een gemêleerd gezelschap. Ik was overigens o.a. mee op uitnodiging van het PRT (Provinciaal Reconstructieteam) en trok ook grotendeels met hen op.
Wat me innig trof was de onderlinge verbondenheid: Afghaanse snuitjes (jonge militairen: 17, 18 jaar) lopen net zo triomfantelijk met hun gsm met liedjes en clips te pronken als ‘de onze’ dat in Nederland doen.
Onderling wordt er altijd gelet op elkaars materiaal; welk wapen heb jij, welke grabbag draag jij, hoe kom je eraan, hoe zwaar is jouw scherfvest, ik wil jouw wapen hebben want dat is véél beter, lichter, moderner enz.
Buddycheck
Voor wat betreft het preppen (voorbereiden) voor een patrouille zag ik wel verschillen. Australiërs en Nederlanders zijn per definitie op tijd en zorgvuldig bezig met het stellen van gespjes, riemen en ander goed. Het wapen wordt nog twee keer gecontroleerd en dan is het goed. De watervoorraad wordt gecheckt (hoeveel liter heb jij bij je? Mind you: het ging om voetpatrouilles!) en altijd ff een buddycheck.
De een rookt nog ff snel een extra sigaretje, de ander tuurt stil het gebied in, blik op oneindig en z’n gedachten? Tja, waar zouden die zijn? Er worden wat zenuwachtige grappen gemaakt.
De Afghanen zijn net even anders: ze komen écht te laat (standaard wordt gevraagd of ze een kwartier voor de eigenlijke vertrektijd gereed willen staan), huppelen blij in willekeurige volgorde langs je heen en zijn speelser. Zijn, lijken? Het is natuurlijk mijn persoonlijke blik op hoe zij zich gedragen, ook zij zijn zenuwachtig, afhankelijk van welke kant de patrouille op gaat. Vlak voor vertrek zie ik weer de verbondenheid: bij iedereen de trotse, vastberaden blik vooruit. Dan klinkt het commando Harakat!, ‘voorwaarts’ in het Dari (een van de twee hoofdtalen van Afghanistan).
Harakat! Om de omgeving ervan te overtuigen dat het de ANA is (Afghan National Army) die de lokale inwoners veiligheid zal bieden.
Harakat! Om de kinderen ff een aai over de bol te geven in het voorbijgaan soms een pen te geven, en in elk geval om de duim omhoog te steken.
Kinderen zijn altijd een verbinding: of het nou Australische, Nederlandse of Afghaanse militairen zijn: iedereen is zich bewust van het belang om een kleintje op z’n gemak te stellen. Gezamenlijk worden dierengeluiden nagedaan (Afghaanse katten doen schijnbaar ook ‘miauw’) en onderling wordt gegrinnikt en gewezen op vertederende beelden.
Ontroering
Voor mij persoonlijk een adembenemende ervaring; menselijke verbondenheid is internationaal. Ik heb thee gedronken met de ANA-commandant en veel met hem gepraat, ik heb schapenvlees gegeten met de lokale leiders, ik heb wraps gegeten met de Aussies (die hebben hun eigen kok bij zich, jawel!) en veel gepraat met de Nederlanders over de zin en de onzin. En over de ontroering die internationaal is. Ook de vrouw van de ANA-commandant heeft het zwaar en moet soms huilen als hij haar belt en nog niet kan zeggen hoe, wat of wanneer. Wanneer zullen zij elkaar weerzien? Ik ben beveiligd door zowel ANA als Australiërs en heb me nog nooit zo veilig gevoeld, dat was twee jaar geleden niet mogelijk.
Na de laatste lange patrouille schudt iedereen elkaar de hand en zijn we allemaal net zo blij (welke nationaliteit dan ook) dat we allemaal weer veilig terug zijn. In de loop van de ochtend was ik weer op de grote base, maar in gedachten ben ik nog bij de brothers in arms daar, die alweer ‘de poort uit’ zijn.
Stay safe daar, jullie allemaal!
Ank
(Op verzoek van majoor Ank nog een link naar een songtekst die zij inspirerend vindt. De eerste is het liedje ‘Wapenbroeders’ uit het album ‘April’ van Bløf. Drie regels daaruit:
“Op hun eindeloze reizen ver van moeder, vrouw en kind.
Is er altijd weer een schuilplaats.
Waar ik mijn wapenbroeders vind.”
Voor de volledige tekst, klik hier)
Majoor Ank het is fijn om te lezen dat het je goed gaat.
Als geestelijk verzorger is je waarneming diepzinnig en treffend, samen een stukje lopen op en in het pad wat wij leven noemen.Hou je haaks groet Jaap.
Majoor Ank, daar begint het al mee.
In mijn tijd, Vietnam zeg maar, hadden we twee majoors (of zijn het majoren?), namelijk Majoor Kees en majoor Boshart. Als ik jou column lees, denk ik dat Majoor Ank een versmolten reincarnatie van beide majores is.
Lang leve de ‘snuitjes’.
Ik pas wel op jouw snuitje Ron (Woodstock zonder alcohol en geestverruimers, that’s Ron!)
x Dick
Lieve Ank,
Wat beschrijf je het toch mooi… Hou je haaks daar en veel liefs,
Marieke
he Ank,
Fijn je gezicht te zien, en je woorden te lezen.
Pas ook goed op jezelf, naast al die anderen waar jij op past.
eline
Hai Ank
Zo te lezen heb je het goed naar je zin. Fijn om naast al die anderen waarmee je het goed kunt vinden; aussies en afghanen, met je eigen mensen op stap te zijn. Het ga je goed daar.
Hartelijke groet,
Mart