4.2 Defensie
De snel toenemende instabiliteit in de wereld waarin aard en omvang van dreigingen en crises in hoog tempo variëren, vergen een moderne en goed toegeruste krijgsmacht. Binnenlandse en internationale veiligheidsproblemen grijpen steeds meer in elkaar en steeds vaker zijn instabiele landen in de ‘ring van instabiliteit’ rondom Europa daarvan de oorzaak. Een veelzijdig inzetbare krijgsmacht die uitvoering kan geven
aan zijn grondwettelijke taken is het uitgangspunt. Daarvoor zijn investeringen nodig. De snel veranderende wereldorde vraagt van Nederland om in bondgenootschappelijk verband een relevante bijdrage te leveren om de internationale veiligheidsdreigingen het hoofd te bieden. In de eigen regio zal met Europese bondgenoten meer worden samengewerkt.
- Het kabinet zal de investeringen in Defensie fors opvoeren. De investering loopt op tot ruim 1,5 miljard euro per jaar. De basisgereedheid wordt op orde gebracht, de operationele inzetbaarheid wordt vergroot en noodzakelijke investeringen in vervanging en vernieuwing van materieel worden toekomstbestendig
gefinancierd. - Het kabinet komt met voorstellen om de voorspelbaarheid en schokbestendigheid van de Defensiematerieelbegroting te vergroten, zoals een specifieke prijsindex of een structurele oplossing voor valutaschommelingen.
- Het kabinet formuleert een veiligheidsstrategie waarin binnen- en buitenlandse dreigingen, waaronder terrorisme, het hoofd worden geboden en die de huidige Internationale Veiligheidsstrategie vervangt. Ook actualiseert het kabinet periodiek de Defensienota waarbij zij rekening houdt met het planningsproces van NAVO en EU en de strategische keuzes van belangrijke bondgenoten. De Defensienota zal leidend zijn voor langetermijn-besluitvorming over de aanschaf en noodzaak van grote wapensystemen. Om de flexibiliteit en inzetgereedheid van de krijgsmacht te vergroten wordt het concept van de adaptieve krijgsmacht in de komende kabinetsperiode concreet uitgewerkt.
- Internationale militaire missies volgen uit een geïntegreerde buitenland- en veiligheidsstrategie. Bij besluitvorming moet er rekening mee gehouden worden dat militaire missies voor langere duur en in voldoende omvang kunnen worden aangegaan. De investeringen in de krijgsmacht zijn mede hierop gericht.
- Het kabinet zet in op verdere voortzetting van bilaterale en Europese samenwerking op het gebied van gezamenlijk(e) aankoop van materieel, opzetten van gezamenlijke opleidingen en trainingen en het poolen van bestaand militair materieel.
- Het kabinet zet het beleid voort om met gelijkgezinde landen verdere afspraken over concrete bi- en multinationale samenwerking te maken met als doel elkaar te versterken en de inzetbaarheid van de gezamenlijke krijgsmachten te vergroten door verregaande interoperabiliteit.
- Nederland blijft er in Europees verband op aandringen dat er zoveel mogelijk level playing field gaat ontstaan. Dit schept ruimte voor Europese productie en verkoop en onze innovatieve industrie. Nederland houdt zich daarbij nadrukkelijk het recht voor om bij aanbestedingstrajecten op het gebied van defensie de hiervoor relevante bepaling van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (art. 346)
ruimhartig te interpreteren vanuit het perspectief van nationaal veiligheids- en economisch belang. - Ten behoeve van militairen die een handicap, trauma of andere aandoening hebben opgelopen tijdens hun missies naar het buitenland wordt binnen de begroting van Defensie een Nationaal Fonds Ereschuld van 20 miljoen euro in het leven geroepen.
- Nederland dient te beschikken over een krijgsmacht die opgewassen is tegen technologisch hoogwaardige tegenstanders. Daartoe investeert het kabinet in een forse uitbreiding van cybercapaciteit en technologie bij alle krijgsmachtonderdelen en versterkt zijn rol in de digitale beveiliging en bewaking van Nederland
vanuit zijn grondwettelijke verantwoordelijkheid.(Bron: regeerakkoord Rutte-III, 10 oktober 2017)